Olieverfschilderij op doek, voorstellende een zeegezicht bij Harlingen, door Adrianus Oostendorp, circa 1790-1800.
Op de voorgrond rechts een brikschip, met de wind vol in de zeilen, naar rechts zeilend, van de voorste mast ontbreekt een stuk. De Nederlandse vlag in top en op het achterdek wapperend. Het boegbeeld op de brik stelt een man in een lang blauw gewaad met een harp of lier voor [de jonge David, koning David met zijn harp ?, Orpheus met zijn lier ?]
Links op de voorgrond een klein zeilschip met één mast met de Nederlandse vlag in top, daarachter nog enkele zeilschepen tegen blauwe lucht met witte wolken. Op de achtergrond rechts het silhouet van een kuststad met een kerktoren en rechts molens. Het profiel van deze stad komt overeen met Harlingen.
Het schilderij was oorspronkelijk een schoorsteenstuk (volgens mondelinge overlevering van de schenker afkomstig uit een pand op de Noorderhaven). De eigenaar van dat pand, Jetse de Vries (Harlingen 31 maart 1877-Leeuwarden 25 juli 1942), schoenenfabrikant wonend op Voorstraat 32 te Harlingen, heeft het schilderij na verkoop van het pand verwijderd en bij hem thuis in de voorkamer Voorstraat 32 opgehangen. Na het overlijden van zijn echtgenote Antje Hoek (1881-1949) kwam het schilderij door loting in 1949 in bezit van hun dochter, Hillegonda Anna de Vries (1917-2007), echtgenote van Bauke Jacobus van der Meulen. Tussen 1966 en 2000 is het schilderij gerestaureerd en verdoekt in Amsterdam (Centraal Laboratorium ? Rijksmuseum Amsterdam?). Na 2007 kwam het schilderij in bezit van Jan Ferdinand van der Meulen (27 december 1943-Dalfsen 13 december 2015), zoon van H.A. de Vries en B.J. van der Meulen, die het schilderij na zijn overlijden aan Gemeentemuseum het Hannemahuis legateerde.
Uit de kadastrale leggers van Harlingen blijkt dat Jetse de Vries eigenaar was van panden in de Sint Odolphisteeg, Schritsen, Kruisstraat, Hoogstraat, Lammert Warndersteeg (zie: Gemeentearchief Harlingen, Kadaster, Alfabetische naamlijst op de perceelsgewijze kadastrale legger sinds 1915: Jetze de Vries: art.nrs. 5062, 6812, 7191).
Geen brikschip in Harlingen met de naam De Jonge David, of Koning David, of Orpheus gevonden.
Op 14 oktober 1803 loopt in Amsterdam een 's Lands fregat van oorlog Orpheus van stapel: Amsterdamse courant, 13 oktober 1803: "Alle die geene welke geneegen zyn om den Lande als MATROOS of MARINIER te dienen, onder commando van den Capt. H.H. Siccama, op 's Lands fregat ORPHEUS, vervoege zig ten dien einde by den Luitenant Gewaldige P[aulus] van Thielen te Harlingen, Leeuwarder Courant 14 november 1804].