De terrine is komvormig en voorzien van twee oren en een bijhorend deksel. Het fond is blauw waarin twee vierkanten zijn uitgespaard die met een paarswitte bloemslinger met elkaar zijn verbonden. De vierkanten zijn beschilderd met afbeeldingen van een arreslee en een boerenwagen in paars en blauw. De enigszins verdikte bovenrand is voorzien van drie banden in blauw en een band van diagonale paarse streepjes die ook langs de onderzijde loopt. Op het deksel zijn op een blauw fond vier ovalen uitgespaard die met dorpsgezichten en landschapjes in blauw en paars zijn beschilderd. Op het blauwe fond zijn paarswitte bloemen geschilderd.
