Eén van twee in dezelfde mal gevormde aapjes in de vorm van een netsuke. Ze zijn gekleed in een kimono met een hoge muts op het hoofd. In hun rechter hand houden ze een geopende waaier en in hun linker hand een bos bloemen. Het hoofd kan bewogen worden. De aapjes hebben een open bek waaruit, als het hoofd naar voren bewogen wordt, hun tong tevoorschijn komt. De onderkant is ongeglazuurd en op de achterkant bevinden zich twee gaten. De beschildering van beide aapjes verschilt LY 602 a ( Inv. 4017) draagt een zalmroze kimono met een blauwe jas en heeft een bruine hoed op. Zijn waaier en bos bloemen zijn wit gelaten. LY 602 b is slechts spaarzaam in de kleuren groen, rood en zwart beschilderd. De waaier is beschilderd met alternerend groene en rode strepen. Op de rug en de mouwen van zijn kimono zijn tevens drie bladeren met aan de bovenrand drie rode punten geschilderd. De muts heeft aan de boven en onderkant een groene band met ertussen een rode cirkel.
