Op een vierkante standring met ronde, ingekeepte hoeken staat een gegoten, lage, bol verjongende voetring. Hierop staat het balustervormige vat, met dezelfde doorsnee, van onderen afgeknot. Opening van dezelfde doorsnee, met licht gegolfde rand en een uitstulping aan de kant van de tuit. Scharnierend deksel met dezelfde contour als de opening en een laag, hol verjongend midden. S-vormige, gegoten tuit, achtkantig in doorsnee. S-vormig ebbenhouten staand oor met zilveren, cylindrische aanzetten. Boven op het oor een lipje. Bolvormige houten knop met een zilveren punt. Gegoten ornament, op het deksel rocailles. Op het scharnier een palmet. De tuit heeft op 1/3 van de hoogte 3 gladde profielen. Daaronder hebben vier zijden een lipje, daarboven twee zijden ieder twee. Bovenaan de tuit een voluut. Op de wand van het vat langs de opening zijn aan de tuitzijde schubben gegraveerd, omgeven door rocailles, c-vormige voluten en bloemen. Hiertussen rechts een staande koe en links een zittende (?) ezel. Ronde bovenste aanzet van het oor rocailles, c-vormige voluten en bloemen. Op de overige twee zijden ruitpatronen omgeven door rocailles, c-vormige voluten en bloemen. Hiertussen aan de ene zijde, rechts een zittende eekhoorn en links een zittende beer. Aan de andere zijde rechts een staande hond, in het midden een staande vogel en links een zittende aap. Onder deze versiering is op laatstgenoemde zijde gegraveerd in drukletter: DIT WIERD / DOOR DE PRINCESSE / (vervolgens in kleinere letters) / MARIA LOUIZA DOUARIERE / VAN ORANGE NASSAU & E & E & E / AAN ANNA VAN DER HORST / VEREERD TOEN HAAR DIGTSTUK / DE GEVALLEN VAN RUTH IN / EIGENE PERSOON AAN HOOGST / DESELVE WAS OPGEDRAGEN / 17 8/11 64. Onder op de bodem is dun ingekrast: Haarlem en: D 4432 / 9015 / 7 ...(onduidelijk op inventariskaart) x 1 ...........(onduidelijk op inventariskaart). Belastingstempel in de vorm van een bijltje op de bodem.