De heilige Hiëronymus zit in de open lucht te bidden voor een rotsachtig decor. Zijn metgezel de leeuw, die door Hiëronymus van een pijnlijke doorn was verlost, ligt aan zijn voeten. Achter zijn rug hangt aan een spijker tegen de rotsen zijn kardinaalshoed en een gebedssnoer met een kruis.
Rembrandt moet in zijn jonge jaren dit onderwerp geschilderd hebben, maar het schilderij is verloren gegaan. Dankzij een reproductieprent van Jan van Vliet kan er een indruk gekregen worden van de compositie van dit schilderij en ook Jan Lievens, jeugdvriend van Rembrandt uit Leiden heeft dit onderwerp geëtst. Hun beider compisities en de ets van Bol zijn aan elkaar verwant. (bron: L. van Sloten, 'Ferdinand Bol, de etser', in Ferdinand Bol en Govert Flinck, Rembrandts meesterleerlingen, Zwolle, 2017)