Riganap met oor. Ovale bak. In de bovenrand twee puntvormen, waarvan er één overgaat in een hoog, vertikaal oor. Het oor heeft de vorm van een vogel met lange staart. De nap is versierd met gemoffeld schilderwerk: op het oor een vogel en op de bak ruitvormen in de kleuren rood, zwart en goud.
Riganappen en ander Rigawerk werden door zeelui gekocht in Riga en in andere havenplaatsen aan de Oostzee. Het gebied waar de nappen gemaakt werden lag rond Chockloma aan de Wolga. In de 17de eeuw begon daar de productie van nappen die gedraaid werden uit berken- of lindenhout. Ze werden beschilderd of gestempeld met bladvormige of geometrische versieringen. De belangrijkste kleuren zijn rood en zwart, aangevuld met goud, zilver of groen. Na vernissing werden de nappen gemoffeld (in de oven verhit). De naar Nederland meegenomen nappen werden gebruikt als siervoorwerp of als afwasbakje (dan voorzien van een koperen binnenbak).