Tekening in pen en penseel in inkt, gezicht op Harlingen vanuit het westen gezien. Op de voorgrond de zeewering, een golfbreker bestaande uit een rij houten palen. Daarachter de stadswal met links een rondeel van het voormalige kasteel of blokhuis. Achter het rondeel is nog net de kop van een molen te zien. Rechts van de toren staat de Zuiderpoort met daarnaast de molen die op de Zuiderdwinger stond. Centraal in de voorstelling zijn nog twee molens afgebeeld en het hoge houten hek bij het Geitstek. Geheel rechts zijn eveneens twee molens te zien. Deze laatste twee molens stonden ten zuiden van de stad in het gebied rond de Bolswardervaart. Rechtsonder vaart een roeibootje.
Rechtsonder in afbeelding gesigneerd: KS 1829. Kopie naar een tekening uit 1741.