Een kakikleurige katoenen stofjas, een werkjas, met een reverskraag en lange mouwen met manchetten. De jas heeft twee opgestikte zakken en een borstzak. Aan de voorzijde bestaat de sluiting uit een dubbele rij knopen (twee maal vier). Op de rug is een band gestikt om het rugpand te laten aansluiten. Het heeft een spilt aan de achterzijde. Een dergelijk lange jas werd als werkkleding gebruikt, bijvoorbeeld door een winkel- of magazijnbediende. De jas werd ter bescherming over de normale kleding heen gedragen.